Voorwoord Eindelijk Heraanleg Fotoreportage De scheepswerf Geboorten Overlijdens Activiteiten Toneel
31 maart: Folkavond+fuif t.v.v. kleuterklasje in de Zaal om 21 uur.
30 april: Meiavond met gezellig samenzijn. Viering om 19 uur.
13 mei: Vormsel door Eerwaarde Abt Ulric Geniets om 10 uur.
Eindelijk,zeggen de bewoners van de Slijkhoek, eindelijk kregen we waarop we zo lang gewacht hebben. Onze straat is ook aangepast aan de moderne tijd. De Suykensstraat, de Van Hoomissenstraat en de Caluwaertsstraat zijn tweemaal opnieuw aangelegd en het (zand)-wegske is een mooie avenue geworden. Wij zijn niet vergeten dat men ons in 1972 van die regelmatige overstromingen heeft verlost door een dijk te bouwen. Maar onze Slijkhoek bleef wat hij altijd was geweest: “DE SLIJKHOEK”.
Al in 1969 hebben wij op een ludieke manier ons ongenoegen laten zien. Op die zonovergoten 28 september werden de vernieuwde straten van Amer en Eik voor de eerste keer plechtig geopend samen met de nieuwe ingenieur brug. De ruim 100 jaar oude kasseiweg was vervangen door een asfaltbaan en het eerste rioolstelsel voerde een deel van het regen- en afvalwater rechtstreeks in de Vliet aan Boeyckens en de rest rechtstreeks in het Loopke aan Taaf Blakers.
Zoals bij elke feestelijkheid werd aan de bewoners gevraagd om hun huizen te bevlaggen en om massaal mee door de vernieuwde straten op te stappen.
Om 14 uur vertrok de optocht aan de zaal naar de Karel Suykensstraat waar burgemeester Van Kerchoven en de genodigden hen opwachtten in de Reuzenhoek. Franske van Polientje ging fier zoals altijd voor de fanfare en de mars Libération galmde over het dorp. Inderdaad, we waren bevrijd van die 100 jarige steenweg die zoveel schoenen met fijne hoge hakken in de leuvense stoof had laten verdwijnen.
Na een korte toespraak en het traditionele doorknippen van het tricolore lint door de burgemeester speelde de koninklijke fanfare het Belgisch Volkslied en de Vlaamse Leeuw.
De feestelijke optocht vertrok, terwijl de fanfare “Engelandvaarders” speelde, dan naar de zustersschool waar alle inwoners op de receptie uitgenodigd waren door de gemeentebesturen van Hingene en Puurs. Zoals het in die tijd gebruikelijk was werden er naast een natje en een droogje, ook sigaren en sigaretten op schotels aangeboden.
Om 15.30 uur werd het gladde asfalt officieel ingewandeld. Vele dames hadden spiksplinternieuwe schoenen met zeer hoge naaldhakken aan om de baan eens grondig te testen. Van links naar rechts laveerden ze over de straat, strak in de maat op “Alte Kameraden”. Door het gulle schenken op de receptie was iedereen in een feestroes, maar het was vooral een geniepig genieten van hetgeen komen zou. Als een zachte wind verspreidde zich het gerucht dat er aan de Slijkhoek een tegenbetoging voorzien was.
De vlaggendrager komt er eerst voorbij. IJselijk koud en met de blik op oneindig stapt hij waardig en plichtsbewust voorbij die malkontenten. Hij gunt ze zelfs geen blik.
Welke tonelen zich hier nog afspeelden moet je maar vragen aan diegenen die er bij waren. Zij zullen het in geuren en kleuren vertellen.
Zonder gekwetsten werd er halt gehouden bij de brug. Weerom hetzelfde scenario, toespraken houden, gedenkplaat onthullen, het lintje knippen , de pastoor zegende de brug, de fanfare speelde het Belgisch Volkslied en de Vlaamse Leeuw en het publiek gaf een daverend applaus.
Terwijl men verder naar de Eikse Amer opstapte speelde fanfare weer symbolisch “Liberation”. Aan de brouwerij volgden nu toespraken van 2 burgemeesters. Zij benadrukten allebei het belang van een goede verbindings tussen Amer en Eik. De burgemeester van Puurs opende officieel de baan met het doorknippen van het driekleurige lint. Als slot van de plechtigheid werden voor de derde keer beide volksliederen gespeeld.
Met de mars “Vespa “ stapte de fanfare over de Amer en bliezen hun laatste noten voor de deur van Verhoeven.
Ruim 30 jaar na deze feestelijke dag werd aan het begin van de Slijkhoek deze aankondiging geplaatst.
Eindelijk gaat men er aan beginnen. De bewoners waren zo blij als een klein meisje dat haar eerste sprekende pop van Sinterklaas gekregen heeft. Het zou echter een lange en zeer lastige bevalling worden.
Deze reportage bevat 45 foto's i.v.m. de werken in de Slijkhoek.
Voorlopig werkt deze reportage alleen met internet explorer.
Eind november 1999 zagen we de eerste tekens dat het werk zou beginnen. De bewoners waren blij dat ze nu eindelijk een nieuw aangelegde straat zouden krijgen. Maar dat ze zoveel miserie zouden meemaken hadden ze niet verwacht Omdat het zo dikwijls regende was de weg meestal een slijkboel. De aannemer probeerde hun lot te verzachten door regelmatig steenslag uit te strooien, maar tegen zoveel nat was dat maar een druppel op een hete plaat. Tot overmaat van ramp lagen de werken ruim 3 weken stil rond Nieuwjaar.
Ik heb de foto's uit dezelfde omgeving proberen samen te brengen in 8 reeksen. Ik heb ze verwerkt naar zeer kleine bestanden, daardoor zijn ze moeilijk af te drukken. Wie graag een goede foto wil, kan die bij mij bestellen.
Ik heb enkele tags gebruikt die niet werken bij Netscape, gelieve Explorer te gebruiken.
Reeks 1 Reeks 2 Reeks 3 Reeks 4 Reeks 5 Reeks 6
Dochtertje van Fank en Katrijn De Keyzer-Spiessens.
Geboren 3-2-2001.
Zij wonen K. Suykensstraat, 69
Zoontjes van Phlippe en Corine Saen-Fraterman.
Geboren 5-2-2001.
Zij wonen K. Suykensstraat, 37
Al jaren deed het gerucht de ronde dat de Marnefstraat met zijn kasseien en notelaars zou heraangelegd worden. In 1995 werden er reeds nieuwe notelaars geplant tussen de oude waardoor de bewoners vreesden voor het behoud van hun notelaars.
In september werden de eerste werken uitgevoerd: de zijkant van de straat werd opgebroken om de elektriciteitsdraden en kabeldistributie ondergronds te leggen. Ondertussen werd begonnen met de Bovenbroekweg tussen het einde van de Marnefstraat en de Fr. De Laetstraat in Wintam te verharden. Om een of andere reden werden die werken stilgelegd, zodat deze uitwegmogelijkheid werd te niet gedaan.
Eind november was het dan zover. De oude kasseien werden met groot lawaai opgegraven en weggevoerd. De notelaars verloren toen enkele takken omdat de kraan te groot was en er toch naar niets gekeken werd. Vertrekkend van de Van Hoomissenstraat werd er in het midden van de straat een diepe greppel gegraven om er de riolering in te leggen. Intussen werd het slecht weer en veranderde de uitgegraven straat langzaam in een slijkbad. Het weekend van Sinterklaas was het slechtste: de voetpaden waren weg, alles was een slijkboel geworden en in het midden van de straat lag er een diepe greppel met hier een daar een deksel op een juist gemetste rioolput. Het was levensgevaarlijk om via die glibberige deksels naar de overkant te springen, maar we konden niet anders om ons huis te verlaten en de wagen te bereiken! Deze stond geparkeerd zoals vele andere op het speelplein van de wijk Eykerveld de enige nog vrije plaats in Eikevliet - , dat pleintje was ook algauw omgetoverd tot een roetsjbaan.
Vanaf nu liepen we steeds rond met onze botten aan en wisselden van schoeisel in de wagen. Menigmaal hebben we gevloekt als een van de kinderen vastzat met zijn botten, er een verloor of voorover viel in het slijk! Maar wat moet je anders doen met 3 kinderen? Ze tegelijk dragen gaat niet en ze achterlaten in de wagen op het speelplein terwijl je de eerste naar huis draagt kon je ook niet!
Kerstmis '99 en oudejaarsavond/nieuwjaar 2000 waren fun voor de bezoekende familieleden die met hun beste kleren aan door de modder mochten ploeteren. In januari is men begonnen met de voetpaden aan te leggen en de riolering af te werken en vanaf februari is men toen aan de straat zelf begonnen.
Na het leggen van een goot in het midden en de onderlaag voor de kasseien viel het werk stil. Nota bene, de goot ligt niet exact in het midden van de straat: rechts is namelijk een parkeerstrook en links van de goot is er een enkel rijvak voor de wagens, maar de meeste mensen weten dat nog niet.
Na een korte onderbreking hebben de kasseileggers in maart de straat afgewerkt.
Tijdens de werken hebben we ook kunnen lachen:hoe dikwijls hebben ze niet die nieuwe verlichtingspalen alsook de grijze kastjes van kabeldistributie en elektriciteit verzet! Maar ja, wie zet er nu palen in het midden van het nieuwe voetpad.
Eind goed, al goed. We hebben ons kasseibaantje terug, de notelaars zijn behouden en we hebben riolering als extraatje. Als we die nu nog gaan gebruiken door er op aan te sluiten zullen de kosten dan toch niet voor niets geweest zijn en was het meer dan een ongelukkige verkiezingsstunt.
----------------------------------GDS
Weduwe van Aimé Geniets
Geboren te Puurs 21-3-1911.
Overleden te Bornem 12-12-2000.
Kanunnikes van het Helig graf te Turnhout
Geboren te Eikevliet 8-11-1921.
Overleden te Turnhout 27-1-2001.
Echtgenoot van Gaby Drossaert
Geboren te Bornem 28-7-1914.
Overleden te Bornem 30-1-2001.
Weduwnaar van Paula Vancauwenbergh
Geboren te Eikevliet 19-6-1920.
Overleden te Reet 6-2-2001.
't Waren wrede tijden toen d'oorlog woei, is een zin die mij is bijgebleven. Ik weet niet meer vanwaar hij komt, ik denk dat het uit een versje was. Door de vele bombardementen op industriële complexen was ook een groot deel van de binnenvaartuigen zwaar beschadigd of uitgebrand. Ik herinner me nog dat er na de oorlog nog vele jaren een uitgebrande romp aan de sluis bij Peleman lag.
Enkele ondernemende mannen zagen een gat in de markt, en begonnen een scheepswerf.
Op de Kleine Amer hadden we die van Jefke Van De Schieter (Jacobs). In Eikevliet kwam het idee van Rik Magnus (De Rie van Jannekens) samen met Jan De Decker uit Antwerpen. Het waren beide schippers. Waarschijnlijk hadden ze onder de oorlog goed hun boterham verdiend en wilden ze dat bibbergeld investeren voor Gutt het kwam halen. Rik De Wachter stapte ook mee in de zaak.
Op het einde van de Slijkhoek kochten ze een geschikt terrein. Op dit terrein stond vroeger de zoutkeet. In een vroeger ledenblad heeft Jef Talboom zaliger er nog een prachtige beschrijving van gegeven. Daar was ook het speelterrein van de jeugd uit de Slijkhoek. Vooral de jongens vonden het daar plezant want er lag een grote hoop bakstenen. Ze konden er huisjes mee bouwen, perken maken en vooral om het verst gooien. Dat was niet naar de zin van Odille Ceulemans (Trien werd ze genoemd) want die heeft ze dikwijls weggejaagd.
De ploeg van de Sjean (of was het Cha) van Jakken Duyt (Jan Landuyt) werd gevraagd om de dok te graven. Dat werd handwerk want kranen en bulldozers waren in die tijd niet beschikbaar. Alles gebeurde met de spade en zware houten kruiwagens met houten wielen waar een ijzeren band rond was voor de stevigheid maar vooral met de spierkracht van de mannen. Deze ploeg werkte veel voor den Duc van Hingene, ze onderhielden vooral beken en grachten in zijn domeinen en ook in de polder. Hard labeur waren ze gewoon. Onder leiding van de Rik en de Jan werd eerst de dok uitgezet met piketten. Ze lag schuin naast de Vliet en moest 50 m lang worden. De Sjean mocht de eerste spadesteek geven. Hij rolde z'n mouwen op, spuwde in z'n handen, kielde de graszode af en met een ferme smak plofte hij de spade enkele centimeter in de zware grond. Hij zette zijn voet op de spade, wriemelde ze dieper in de grond en wrong de eerste steek zware vettige aarde omhoog. Hij klopte ze deskundig af op de zijkant van de kruiwagen, want die vette kleigrond bleef aan zijn spade plakken. Onder luid applaus stak hij die terug in de grond en lachend stapte hij op de anderen toe, dronk zijn blond van Geniets in één teug uit, smakte twee keer en liet dan een diepe zucht van deugd. Er volgde geen dure receptie met hapjes en champagne, ook geen toespraak van een politieker over werk in eigen streek, alleen de betrokkenen dronken met veel smaak nog ne goeien blond, veegden het schuim uit hun snor en ... vlogen er in.
Twee ploegen wisselden elkaar regelmatig af. De ene moest kruiwagens laden en de andere moest ze wegvoeren. Eerst werd het terrein tegen den april wat opgehoogd want daar moest het werkhuis komen. Een deel van de betonnen platen staat er nu nog altijd. Naarmate het dok dieper werd, werd ook het werk lastiger. Op de hellingen waar ze uit de put reden lagen planken met dwarslatten er op om niet uit te schuiven .Om met die houten kruiwagens boven te raken moesten ze een flinke aanloop nemen. Die mannen moesten 's avonds niet gaan joggen om hun conditie op peil te houden, ze waren blij dat ze tot bij Charline geraakten om daar wat uit te rusten bij de nodige halve liters blond.
Op de bodem werd een betonnen vloerplaat gegoten, ruim boven het laag waterpeil van de Vliet. Op bepaalde afstanden werden daarop betonnen dwarsbalken gegoten, daarop kon het schip dan rusten. Alles werd met mankracht gedaan. Het zand en het grind werd op de schouder in zakken uit het ruim van het schip gedragen, beton werd met de schup afgemaakt en meestal werd hij op de schouder ter plaatse gedragen.
Ondertussen was het de werkhuis af. Leon Demont (Loke van de Sikker) was al elektricien van voor de oorlog. Hij moest de elektrische installatie plaatsen. Dat zorgde in die tijd voor heel wat problemen want er moest force-motrice (drijfkracht of 3 fasen) komen zoals men dat toen noemde. De werf lag ver van de cabine en de leidingen op straat waren veel te zwak om veel stroom door te laten. Dat zouden de mensen in de Slijkhoek later maar al te best ondervinden. Als er 's avonds gelast werd, ging bij de bewoners het licht bijna uit omdat er zo weinig stroom was en in het half donker hoorden ze de lasser God en al zijn heiligen aanroepen omdat de elektrode weer plakte en de las vol kras zat.
Nog voor het dok helemaal af was werden de eerste machines aangekocht. Twee lasposten, één op elektriciteit en één met flessen. Een compressor met hamer en beitel, om aan de klinknagels een kop te riveren of de kop er af te kappen. De zware plaatschaar werd buiten op een sokkel geplaatst. De ponsmachine stond een beetje verder, ook op een zware betonnen sokkel.
Nu kwam de laatste fase. Om de dok droog te houden waren aan de Vliet sluisdeuren nodig. Die werden natuurlijk op de werf zelf gemaakt. Met een mechanische lier te werden de zware ijzeren platen op de plaatschaar getrokken en op maat gesneden. Met de ponsmachine werden gaten geponst en stukje bij beetje werd alles aan mekaar geriveerd. Ondertussen was het hoofd van het dok klaargemaakt. De zijmuren eindigden in de dijk op een dikke balk. Daaraan werden de sluisdeuren bevestigd.
Den Dis (De Buyser) heeft vooraan tussen het dok en de Vliet de voet voor een kraan gemetst. Ook die kraan werd op de werf gemaakt en geplaatst. Je ziet wel, die twee schippers waren ook halve ingenieurs. Na nog wat afwerking hier en daar waren ze klaar om het eerste schip te herstellen.
-----------------------------J.M.
Om het ledenblad van Februari te lezen,
klik op een item in de gele balk.
Om een ander ledenblad te lezen,
klik je eerst in de blauwe balk op ledenbladen ,
en kies een ander.
Den Toren van Bazel
Awel, awel, 't is ons alweer gelukt om een flink pak volk naar
Eikevliet te trekken voor een gezellige toneelavond. Hieruit blijkt nog maar
eens dat de mond aan mond reclame zijn werk doet, immers: goede waar prijst
zichzelf. Met de keuze van het stuk en de auteur/regisseur, een gereputeerd en
getalenteerd man uit onze streek, kon dit alles moeilijk mislopen. Nochtans geen
vergezochte en gecompliceerde toestanden, maar uit het leven gegrepen situaties,
duidelijk herkenbaar voor iedereen. Onze oude rotten en jong bloed speelden de
pannen van het dak. Applaus voor, Jefke en Lieve die de draad terug oppikten;
Monda, Miel, Wendy, Micky van de vaste kern en Jan Année die voor de eerste
maal in Eikevliet voor de leeuwen werd gegooid.
Kortom: Niet alleen de toeschouwers maar ook de hele spelersgroep hebben echt
genoten van deze productie.
-------------------MVM
Op zondag 2 september eerstkomend is het weer zover. De jaarlijkse samenkomst van de leden van onze vereniging Eikevlietvrienden in hun geboortedorp Eikevliet. Dit jaar voorzien we weer een speciale activiteit ! We gaan namelijk een kruidenwandeling organiseren in de onmiddellijke omgeving van Eikevliet en tegelijkertijd richten we een tentoonstelling in met werken van en als hommage aan oud ondervoorzitter zaliger E.H. Jozef Talboom.
Deze tentoonstelling zal te bezichtigen zijn in het gemeenschapshuis in Eikevliet ( de vroegere zusterschool ) vanaf zaterdagnamiddag 1 en op zondag 2 september 2001. Ideaal dus om te bezoeken wanneer je deelneemt aan onze jaarlijkse contactdag, vóór de wandeling of eventueel tijdens ( wanneer je niet wenst mee te wandelen ). Nadien voorzien we als altijd weer een gezellig samenzijn in Zaal De Balans met een lekker eetmaal. Meer details hierover in ons volgend blaadje in juni maar reserveer nu al deze dag in je agenda.
Bij deze misschien toch een woordje uitleg waarom het bestuur op het idee kwam een tentoonstelling met werken van onze vriend Jef Talboom te organiseren.
Hiervoor moeten we teruggaan in de tijd tot het jaar 1975. Dat was het jaar van het dorp! De bedoeling van de toenmalige overheid was het culturele en sociale leven van de vele dorpen in Vlaanderen in de belangstelling te brengen dit in tegenstelling tot het a-persoonlijke en de individualistische samenleving in de steden.
Het is naar aanleiding van dit thema dat enkele Oud- en Eikevlietenaren samenkwamen en de idee opperden een vereniging te stichten waarvan alle huidige bewoners van Eikevliet evenals zij die er ooit gewoond hebben lid zouden kunnen worden. Het idee werd werkelijkheid en Meester Joris De Mont werd de eerste voorzitter en broeder Jozef Talboom ondervoorzitter.
Jaarlijks werd (en nu nog ) een samenkomst georganiseerd in Eikevliet waarbij de leden informatie konden uitwisselen en konden vertellen over hun wedervaren in Eikevliet.
Tevens geeft de vereniging driemaal per jaar een tijdschriftje uit voor de leden waar alle informatie over het huidig reilen en zeilen in het geboortedorp te vinden is en waar ook heel wat artikels herinneren aan het vroegere leven in Eikevliet. Het rijke industriële en culturele verleden van ons geboortedorp wordt aldus op papier gezet en bewaard voor het nageslacht.
Vriend Jozef Talboom heeft bovenop heel wat artikels dewelke hij hierover publiceerde in ons blaadje ook heel wat pentekeningen en schilderijen gemaakt over ons dorp.
Het is dan ook in die optiek en als hommage aan hem dat we deze tentoonstelling willen inrichten.
Een terugblik op ons heerlijk dorpsverleden met als figuranten de pioniers van onze gekende cultuurverenigingen, nijverheden, schippersleven aan de stroom enz. Dit alles via oude vergeelde foto’s, tekeningen, teksten en schilderijen van onze vriend Jef. Wie weet ben je niet een medespeler op een van dezer taferelen
Daarom durven we U stellig aanraden aanwezig te zijn op onze contactdag of in geval van belet toch zeker de tentoonstelling te bezoeken op zaterdag.
Meer informatie volgt nog in ons volgend blaadje. Tot dan !
NB: Indien er onder U zijn die werken ( schilderijen, tekeningen, teksten... ) van broeder Jozef Talboom in hun bezit hebben en ons deze voor de tentoonstelling willen ter beschikking stellen ( of er ons een kopie van willen laten maken ) gelieve contact op te nemen met een bestuurslid of telefonisch de voorzitter te verwittigen (gsm 0475/ 73 63 78 )